Bij het investeren in een mestvergister op een agrarisch bedrijf zijn verschillende organisatiestructuren mogelijk. Meestal is het aan te raden de vergister in een aparte B.V. te plaatsen, naast het landbouwbedrijf, om b.v. bij een faillissement van de vergister niet het landbouwbedrijf daarin mee te sleuren. Maar de binding met het veebedrijf moet er wel zijn, anders komen er problemen met de mestwetgeving. Als er mest geleverd wordt aan een andere entiteit, dan moet de geleverde mest bemonsterd en geanalyseerd worden. Deze binding is gezekerd als het veebedrijf eigenaar of aandeelhouder is van de vergister of als er een huurovereenkomst is. Soms kan een combinatie van verschillende rechtsvormen (de zogenaamde ‘hybride structuur’) nog het meeste voordeel bieden.
Bij een biogashub zijn meerdere veebedrijven betrokken die via een biogasleiding verbonden zijn met een afnemer of met een opwerkingsstation voor Groen Gas. De verschillende stakeholders zoals veehouders, energie-afnemers, beheerders, energie-coöperaties, de gemeente, etc. zullen overeenkomsten met elkaar sluiten waar rechten en verplichtingen aan verbonden zijn. Dan wordt de juiste organisatievorm nog belangrijker.
In principe zijn er bij een biogashub drie mogelijkheden:
Alles in een
Vergister, leidingwerk + beheer, installaties bij de afnemer (gasopwerking of aanpassingen bij de industrie) onder één entiteit. De SDE++ en andere inkomsten komen ook terecht bij deze entiteit.
Een voordeel van deze structuur is dat de veehouder geen risico loopt en dat het mogelijk is een professionele organisatie op te zetten (directeur, inkoop, onderhoudsdienst, etc.)
Vergisters apart
Bij deze opzet zijn de vergisters aparte entiteiten die leveren aan het netwerk. De “Vergister BV” neemt echter wel deel in de “Netwerk BV”. Onder de “Netwerk BV” vallen naast de biogasleiding ook de aanpassingen bij de industrie of de gasopwerking.
De veehouder wordt afgerekend op de biogasproductie (via de SDE++) en de kosten van het netbeheer worden verrekend met de inkomsten uit de verkoop van groengas. De maatschap van de veehouder is aandeelhouder in de Vergister BV, om zo te voorkomen dat er mest wordt geleverd aan een derde entiteit.
De combi structuur
De vergisters bevinden zich in een aparte entiteit, die als geheel weer is opgenomen in een overkoepelende structuur.
Bij deze optie heeft elke veehouder aandelen in de Netwerk BV. Deze is ook eigenaar van de vergisters. De veehouders hebben een huurkoopcontract met de Netwerk BV. Na afloop van de SDE-periode worden de veehouders eigenaar van de vergister
Conclusie
Er zijn verschillende manieren om de hub te organiseren. Wat de beste optie is hangt af van de wens van de boeren en de financieringsconstructie voordat de SDE++ aangevraagd wordt, moet wel duidelijk zijn in welke richting er gedacht wordt. De organisatiestructuur is onderdeel van het projectplan, dat bij de SDE-aanvraag gevoegd wordt.
Plaatjes
De illustraties in dit artikel zijn van CCS.
Externe links:
Hoe passend is jouw bedrijfsstructuur? | Countus
Hoe kan ik de bedrijfsstructuur inrichten, zodat dit de risico’s beperkt? — Countus routeplanner
Stappenplan voor mestvergisting voor agrarische ondernemers – Rabobank
