De afvalbrief die op 25 augustus 2011 naar de Kamer is gestuurd door staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, Joop Atsma, is positief voor bio-energie. Zo kunnen onder meer houtgestookte ketels en vergistinginstallaties mogelijk profiteren van de nieuwe regelgeving.

Momenteel wordt veel biomassa, vrijkomend binnen de land- en bosbouw, gezien als afvalstroom. Hierdoor krijgen bio-energieproducenten vaak te maken met aanvullende regels en instanties. Neem bijvoorbeeld de door houtgestookte installaties gebruikte houtsnippers. Deze worden in de huidige kaderrichtlijn afvalstoffen soms getypeerd als afval en soms als homogeen product. Voor producenten levert deze regelgeving verwarring op.

In de voorgestelde nieuwe kaderrichtlijn afvalstoffen worden de regels voor nuttige toepassing van organische reststromen verlicht. Natuurlijke materialen uit land- en bosbouw zijn in deze nieuwe kaderrichtlijn vrijgesteld van de afvalstoffenregelgeving, mits zij nuttig worden toegepast. Onder deze nuttige toepassing valt direct gebruik binnen de land- of bosbouw, maar ook de productie van energie. Toepassing mag echter niet schadelijk zijn voor mens of milieu. Voor houtsnippers betekent dit dat deze vrijgesteld zullen worden van de afvalstoffenregelgeving.

Ook voor co-vergisting verandert het één en ander in positieve zin. Door de aanpassing in de regelgeving kunnen vergisters niet-gevaarlijk materiaal – rechtstreeks afkomstig uit de land- en bosbouw – vergisten zonder dat deze aan de afvalstoffenregelgeving hoeven te voldoen. Momenteel is de staatssecretaris in gesprek met het ministerie van EL&I over het aanpassen van de positieve lijst. Dit is noodzakelijk omdat niet alle biomassa uit land- en bosbouw op de lijst staat en het wel mogelijk moet blijven om digestaat uit te rijden over het land.

In de afvalbrief staat ook een tijdpad genoemd voor bovengenoemde aanpassingen. Zo is reeds in juni 2011 een brief gestuurd naar de Europese Commissie met daarin de vraag hoe ruim de genoemde term ‘uit land- en bosbouw’ geïnterpreteerd dient te worden. Daarnaast zullen in september en oktober 2011 stakeholders benaderd worden met de vraag welke organische stromen nog niet onder de vrijstelling vallen, maar waarbij dit wel gewenst is. November en december zullen ingezet worden om deze voorstellen te beoordelen. Op zijn vroegst zullen in de eerste helft van 2012 de oplossingen op maat en de regelgeving gerealiseerd worden.

pdfDownload de “afvalbrief”